Adviespunt

so·li·da·ri·teit (de; v)
1. gevoel van een-zijn met anderen; = saamhorigheid

Het is een gekke tijd. Een tijd zoals deze heb ik nog nooit meegemaakt. Aanvankelijk leek de berichtgeving rondom het coronavirus nog een ver-van-mijn-bed-show. Ergens in januari plaatste ik onder een LinkedIn-post het woord ‘kippenvel’ bij een filmpje van de inwoners van Wuhan. Het kwam onwerkelijk op me over. Een stad op slot, de inwoners roepen in de nacht: ‘Wuhan, jiayou!’, wat zoveel betekent als `Wuhan, houd moed!’ Ik was geroerd en voelde compassie. Op afstand, dat dan wel.

Precies dat wat ik toen nog voor onwerkelijk hield, is ook hier in Nederland werkelijkheid geworden. Ineens is mijn wereld enorm klein geworden.

Thuiswerken, anders organiseren, structuur aanbrengen, afspraken maken. Al snel richt ik samen met mijn kinderen onze thuiswerkplek met programma in. Daar horen ook nieuwe afspraken bij; houd rekening met elkaar. Eigenlijk gaat dit wonderwel goed. Zij kunnen al redelijk snel op afstand een soort van schoolprogramma volgen en ik zoek op afstand contact met mijn collega’s. We richten samen een virtueel kantoor in, en laten onze overleggen doorgaan.

Dus pak ik thuis de draad op: ‘Burgerschap op de basisschool’, het project waar ik sinds 1 januari bij betrokken ben.

Burgerschap

Bij burgerschapsonderwijs staan drie basiswaarden centraal die van belang zijn in de democratische, pluriforme samenleving: vrijheid, gelijkheid en solidariteit. Ook leren de leerlingen over historische contexten waar de drie basiswaarden, maar ook democratie en de democratische rechtsstaat uit zijn voortgekomen.

Waarden zoals vrijheid en gelijkheid zijn goed uit te leggen aan kinderen. Vrijheid wordt al bij hele jonge kinderen duidelijk tijdens een spelletje pakkertje. Even ben je je vrijheid kwijt. Op 5 mei vieren we Bevrijdingsdag. Mensen die zich niet houden aan de regels van de wet, gaan de gevangenis in. Gelijkheid is ook een tastbaar begrip, denk maar aan allerlei gelijkheidsprincipes in verschillende vakgebieden op school. Bij rekenen gebruik je de balans en maak je breuken gelijkwaardig. Bij taal laat je leerlingen op zoek gaan naar synoniemen. Alle kinderen mogen naar school, daarin wordt geen onderscheid gemaakt. Deze voorbeelden bieden de gelegenheid om een parallel te trekken naar de meer universele invulling van de waarden vrijheid en gelijkheid.

Solidariteit is van een andere orde en daardoor een moeilijker concept om over te dragen. Wat verstaan we eigenlijk onder solidariteit?

Het begint al bij het feit dat het woord solidariteit niet echt gebezigd wordt in ons taalgebruik. Vraag jonge kinderen maar eens of ze het woord kennen, weten wat het betekent òf weten uit te leggen. Ik doe een ‘N=2 onderzoek’ bij mijn kinderen; dochter van 15 en zoon van 19 jaar.

Ik: Zeg, ken jij het woord solidariteit?

Dochter: Ja

Zoon: Ja, maar ik weet niet zo goed hoe ik dit uit moet leggen.

Ik: Wat betekent het volgens jou?

Dochter: Dat je ook aan anderen denkt, beleefd doet en netjes bent.

Zoon: Een gemeenschapsgevoel onder mensen, saamhorigheid. Weten dat je een medestander bent en anderen die het nodig hebben, ondersteunt. Solidair bent met de ander.

Twee kinderen van verschillende leeftijden maar met dezelfde achtergrond. Toch geven beiden een andere invulling aan het begrip solidariteit. Als je dit 25 leerlingen in de klas vraagt, zou je ook zomaar 25 verschillende interpretaties kunnen krijgen.

Solidariteit = saamhorigheid?

Wat er nu gebeurt, is voor onze tijd ongekend, een ‘ongrijpbare en oncontroleerbare’ ramp met deze wereldwijde omvang. Voor niemand te bevatten en moeilijk uit te leggen. Er zijn genoeg voorbeelden uit de geschiedenis die laten zien dat bij rampen de slechte kant van mensen naar boven kan komen, maar we zien ook is dat juist in crisistijd saamhorigheid ontstaat.

Het Coronavirus (COVID-19) maakt weinig onderscheid in personen, behalve in leeftijd. Degenen die getroffen worden, ondergaan hetzelfde lijden, al lijkt het virus meer grip te hebben op mensen met een verslechterde weerstand. En als we zelf niet zulke hevige bijverschijnselen hebben als anderen, dienen we met elkaar rekening te houden aan de hand van de getroffen maatregelen. We hebben immers een gezamenlijke verantwoordelijkheid, we kunnen anderen besmetten. Op een vreemde wijze verbindt het virus dus, omdat iedereen hetzelfde kan ondergaan. ‘Een gemeenschapsgevoel’, zoals mijn zoon het omschrijft. Achter de solidariteit schuilt het besef dat je elkaar echt nodig hebt om deze crisis te ondergaan of om wellicht zelfs te overleven. Neem mensen in vitale beroepen. Iedereen is bereid om te doen wat nodig is, zelfs risico’s te nemen en middelen te delen. Maar ook allerlei particuliere initiatieven van mensen, groot en klein, worden onvoorwaardelijk op touw gezet.

Wat ik ook nog een hartverwarmend voorbeeld vind, is het ‘quarantaine-zingen’ in Italië, of alle kindertekeningen vol van hoop met ‘andrà tutto bene’ (uiteindelijk komt alles goed).

Hier in Nederland hebben 180 radiostations op 20 maart allemaal op hetzelfde tijdstip ‘You’ll never walk alone’ afgespeeld. Samen hebben we geklapt voor de mensen in de zorg. Mensen zoeken troost bij elkaar en ‘laten zich samen horen’ door op deze manier samen muziek en geluid te maken. Al deze hartverwarmende initiatieven versterken het saamhorigheidsgevoel.

En ook al dienen we nu allemaal rekening te houden met ‘social distancing’ is het tegelijkertijd fijn om te ervaren dat sociale afstand mensen niet afstandelijker maakt. Het kan positief vertaald worden naar rekening houden met elkaar, zorgen voor elkaar en het beste met een ander voorhebben. De uitdaging waar we nu allen voor staan en waar we samen door-leven, geeft ook een doorleefde betekenis aan het woord solidariteit. Van één-zaam naar sam(en)-één.

Wij zijn Stichting School & Veiligheid. Wij ondersteunen scholen bij het bevorderen van een sociaal veilig klimaat. Dit doen wij door:

Creëer een sociaal veilige sfeer op school

Blijf op de hoogte

Meld je aan voor onze nieuwsbrief
en ontvang iedere maand actuele informatie
over sociale veiligheid op school.