Adviespunt

Dit artikel geeft stagebegeleiders van mbo-instellingen (BPV-begeleiders) adviezen om de praktijkstages van hun studenten sociaal veilig te laten verlopen. 

We schetsen eerst kort de bijzondere positie die een student heeft tijdens de stageperiode. Daarna krijg je als BPV-begeleider vier praktische tips om stageperiodes zo veilig mogelijk te laten verlopen, in samenwerking met diverse partijen. Tenslotte beschrijven we drie vormen van sociale onveiligheid die zich (ook) tijdens stages kunnen voordoen: pesten, discriminatie en seksueel grensoverschrijdend gedrag.

Zorgdragen voor veiligheid: nodig maar complex

Mbo-studenten volgen het praktijkgedeelte van hun opleiding bij een erkend leerbedrijf. Dit wordt de beroepspraktijkvorming (BPV) genoemd. Zorgdragen voor de sociale veiligheid van de student in deze periode, kan complex zijn omdat de stagiair een bijzondere positie heeft:

  • De student is zowel leerling als medewerker. Het werken staat nu centraal, maar het is nog steeds een leersituatie. De student leert niet alleen vaktechnische zaken, maar ook in welke situaties hij zich veilig of onveilig voelt en hoe hij daarmee omgaat. Ook ontwikkelt hij zich als medewerker om respectvol om te gaan met collega’s en cliënten.
  • De student staat er redelijk alleen voor. Hij zal zich moeten verhouden tot zijn begeleider, tot collega’s en tot leidinggevenden. De student weet dat zijn werk wordt beoordeeld en hij is dus afhankelijk van het oordeel van zijn begeleider. Dat kan maken dat het niet altijd gemakkelijk is om in lastige situaties je woordje te doen. Een student wil ook niet worden ervaren als ‘moeilijk’ en daarom een onvoldoende oordeel krijgen.

Betrek als school daarom aspecten van sociale veiligheid bij de stage. Een stage gaat om meer dan formele kwesties, zoals het aantal uren per week en het laten aftekenen van opdrachten. Het gaat ook en vooral om onderlinge relaties en hoe je daarmee als student kunt omgaan.


Wie zijn wie?
BPV-begeleider: De begeleider vanuit de onderwijsorganisatie
Praktijkbegeleider: De begeleider binnen het leerbedrijf
SBB: Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven


Voor een BPV-begeleider gelden de volgende aandachtspunten:

  1. Welke maatregelen kun je als begeleider nemen zodat de student onveilige situaties tijdens zijn stage durft te bespreken?
  2. Hoe bespreek je sociale veiligheid met het leerbedrijf? Wanneer wordt dit een thema in het gesprek met het leerbedrijf? Hierin heb je als begeleider ook een actieve rol.

Vier maatregelen voor een veilige stage

BPV-begeleiders kunnen vier maatregelen nemen om de sociale veiligheid van hun studenten zo goed mogelijk te waarborgen.

1. Bereid studenten voor op sociale veiligheid tijdens de stage.

Leer studenten onveilige situaties herkennen en er woorden aan geven. Het leerbedrijf dient ook een leuke en uitdagende oefenplaats te zijn. Dat bevordert het leren in goed functioneren. Vragen die je aan de studenten kunt stellen, in een voorbereidende les:

  • Met betrekking tot beroepsbeoefening: Wat wil je leren, hoe ga je in overleg, hoe maak je zaken bespreekbaar, hoe stel je je vragen, hoe krijg je feedback, hoe ga je met elkaar om, welke regels zijn er en hoe leer je deze hanteren?
  • Met betrekking tot persoonlijkheid: Wat heb je nodig om je ergens op je plek te voelen? In hoeverre kun je bij het oefenen van je beroep jezelf zijn? Denk ook aan ongemakkelijke situaties en onderhuidse grappen of opmerkingen. Hoe kun je daarmee als student omgaan?

Individuele weerbaarheid is belangrijk, maar het gaat hier om sociale veiligheid: hoe de werkomgeving je als student beïnvloedt en hoe je als student daarmee omgaat. Daarbij moet uiteraard benadrukt worden dat aan sociale veiligheid ook niets kan veranderen wanneer niemand zijn verantwoordelijkheid neemt.

Laat specifieke thema’s van onveilige situaties in lessen ter sprake komen. Laat studenten oefenen in het bespreken daarvan in veilige werkvormen. Denk aan onderwerpen als: pesten, discriminatie, seksuele intimidatie of coming-out. Op die manier leren studenten de vaardigheden om onveilige situaties ter sprake te brengen wanneer die hen treffen.

2. Bereid je als BPV-begeleider voor.

  • Is het leerbedrijf door het SBB erkend? Het SBB screent stageplekken op sociale veiligheid (zie ‘Reglement erkenning leerbedrijven SBB’, art. 5.1 en 8.1).
  • Bedenk hoe je als begeleider kunt reageren naar het leerbedrijf toe, wanneer de student onveilige situaties tegenkomt.
  • Welke begeleiding kun je als school bieden en in welke situaties heb je daarvoor anderen nodig?
  • Welke normen, waarden, regels en omgangsvormen gelden er in het leerbedrijf? Van welk gedragsprotocol wordt gebruik gemaakt?
  • Bedenk hoe je zaken richting het stageadres bespreekbaarTip: bij onveilige situaties die de student niet zelf kan oplossen, kunt of moet u als school contact opnemen met de praktijkbegeleider en zijn leidinggevende. De wens van de student is hierbij uitgangspunt, tenzij deze in gevaar komt. Ook kunt u richting het SBB aankaarten dat het stageadres niet voldoet aan de eisen. (Het kan zijn dat het leerbedrijf dan erkenning verliest.)maakt.
  • Wat verwacht je van een student die ongepast gedrag jegens een collega ziet? Hoe bereidt je de student hierin voor, of hoe begeleidt je hem hierbij?
  • Bespreek in je teamStel bijvoorbeeld de vragen: Hoe monitoren wij de sociale veiligheid van onze studenten op stage? Is dit voldoende? Hoe weten wij welke grensoverschrijdende situaties studenten meemaken? Hoe screenen wij stageplekken op gebied van sociale veiligheid? Tip: bekijk de aflevering ‘De Stagiair’ van de serie ‘Verkracht of niet?’ (2017), als casus. sociale veiligheid op stage.

3. Informeer de student over de route om onveilige situaties te melden.

Iedere student moet weten waar hij terecht kan na het meemaken van onveilige situaties. Als route van volgorde om onveilige situaties te melden en te bespreken, stellen wij voor: de praktijkbegeleider → de BPV-begeleider → de mentor en ten slotte de vertrouwenspersoon wanneer de student er niet uitkomt of de situatie bij de anderen niet durft aan te kaarten. Natuurlijk kan hij de BPV-begeleider vragen om advies bij het bespreekbaar maken bij het leerbedrijf.

4. Blijf tijdens de stage informeren naar de sociale veiligheid.

Bespreek tijdens de les en de voortgangsgesprekken niet alleen de inhoudelijke voortgang maar ook het welbevinden van de student. Zorg vooraf dat je op de hoogte bent van specifieke vormen van onveilige situaties die vaker voorkomen of waarover de meldingsbereidheid bij studenten minder groot is. Met die kennis kun je desgewenst doorvragen, afhankelijk van de context van een les of voortgangsgesprek.

  • Steek algemeen in, zodat je kunt reageren op de situaties die de student zelf ter sprake brengt. Hoe is de sfeer op de stageplek? Hoe ervaart de student het aannemen van een professionele rol? Spreek bij negatieve ervaringen af hoe in dergelijke gevallen aan herstelDenk bijvoorbeeld aan: persoonlijke ondersteuning om op de werkvloer te leren dingen bespreekbaar te maken of aan te geven hoe iets overkomt, en het informeren van de praktijkbegeleider en haar/hem verzoeken tot interventie. Het kenniscentrum SBB kan desgewenst een bemiddelende rol spelen, omdat ze een onafhankelijke positie inneemt. kan worden gewerkt.
  • Zorg voor een veilige sfeer om specifiek te kunnen worden over ervaringen van ongemakkelijke opmerkingen, pesten, discriminatie of seksueel grensoverschrijdend gedrag. Benadruk dat delen niet verplicht is, dat studenten te allen tijde individueel bij de vertrouwenspersoon terecht kunnen en dat het doel van de les is om elkaar te ondersteunen in begrip of het bedenken van herstel.
  • Informeer ook naar ongewenst gedrag waarvan de student heeft gezien dat dit bij een collega werd uitgevoerd. Vraag of en hoe je de student kan ondersteunen.

Stagelopen is leuk en belangrijk om in het beroep ervaring op te doen. Dit moet voorop staan in de begeleiding van studenten. Toch zijn er aandachtspunten die goed zijn om te overwegen, bij veelvoorkomende onveilige situaties.

Onveilig: discriminatie

  • Studenten die discriminatie ervaren, bereiden zich vaak (on)bewust voor op een klimaat waarin bevooroordeelde of discriminerende opmerkingen worden gemaakt. Ze zijn op hun hoede. Dat kan ook gevolgen hebben voor de intervisie.  Houd er rekening mee dat ze dan vaak óf niet volledig aan de intervisie tijdens de les of het voortgangsgesprek zullen deelnemen, óf zich enigszins provocerend opstellen omdat ze onzeker zijn.
  • Voor discriminatie tijdens stage is een speciaal meldpunt ingericht. Laat studenten die discriminatie ervaren, dit ook melden. Het is bij de wet ook verboden dat een leerbedrijf een stagiaire weigert omdat deze lhb of t is.
  • Lees meer over discriminatie en tips voor omgaan met discriminatie tijdens de stage. Daar vindt je ook verwijzingen naar materiaal van anderen. 

Onveilig: pesten

Een voorbeeld van onveiligheid tijdens de stage is een werkplek waar pesten een rol speelt. Verbale uitsluiting, schelden en pestgedrag komt op de werkvloer veel voor.

  • Bespreek met studenten verschillen tussen plagen en pesten.
  • Wanneer plagen structurele vormen aanneemt, waardoor de student zich niet prettig voelt, is het tijd om daar iets mee te doen. Ook hiervoor is het belangrijk dat iedere student weet waar hij of zij terecht kan voor meldingen en steun. Dat geldt ook wanneer de student ziet dat iemand anders gepest wordt.
  • Neem opmerkingen over pestgedrag altijd serieus.
  • Lees meer over pestgedrag in ons thema pesten.

Uit de Stagemonitor blijkt dat de meest voorkomende situaties van onveiligheid te maken hebben met: discriminatie of ongemak (op grond van religie, huidskleur, gender of seksuele oriëntatie) en seksuele intimidatie.

Onveilig: seksueel grensoverschrijdend gedrag

  • Volgens onderzoek van Stageplaza blijkt dat 2% van de studenten wel eens seksuele intimidatie heeft ondergaan. Bij seksuele intimidatie gaat het niet langer om een onschuldige flirt of een vriendschappelijke aanraking, maar om seksueel getinte aandacht die je onwenselijk en bedreigend vindt.
  • Ongewenst seksueel gedrag op de stageplek is niet acceptabel, ook als het gedrag zogenaamd ‘onderdeel is van de cultuur’.
  • Bekijk de aflevering ‘De Stagiair’ van de serie ‘Verkracht of niet?’ (2017) met studenten. Stel hen bijvoorbeeld de vragen: Wat zou je doen als jou dit overkwam? Wat zou je doen als je ziet dat dit een ander overkomt? En hoe zit het met seksuele vragen, opmerkingen of toespelingen op stage? Oké of niet oké en wat kun je er tegen doen?
  • Extra vragen– Zijn je seksuele gevoelens relevant voor de studie en voor je stage? Zo ja, in welke zin?
    – Hoe ga je als student om met vragen over je privéleven die te maken hebben met je afkomst, seksualiteit of ook seksuele oriëntatie?
    – Hoe ga je om met vragen van collega’s of cliënten over je afkomst of seksualiteit waar je het antwoord niet altijd op weet, of met agressieve vragen?
    – Kan je als lhbt+-student uitkomen voor diens genderidentiteit en seksuele oriëntatie tijdens de stage? Hoe doe je dat? Wat zijn de consequenties daarvan?
    bij het informeren naar de sociale veiligheid.

Medewerker dwingt stagiair tot seks, anders onvoldoende voor stage (regionaal dagblad, maart 2018)

Het Openbaar Ministerie heeft gisteren in de rechtbank in Den Bosch drie jaar cel geëist tegen een 43-jarige man die ontucht zou hebben gepleegd met een stagiair op een recyclebedrijf. De verdachte medewerker van het bedrijf, zou in de periode van 4 tot en met 11 april van 2017 zijn slachtoffer drie keer hebben gedwongen tot seksuele handelingen. Als de mbo-student niet deed wat hem werd opgedragen, zou hij een negatieve beoordeling krijgen voor zijn stage. Hij moest de vernederingen meermaals ondergaan.

In dit stappenplan beschrijven we hoe je als docent of begeleider een ervaring met discriminatie kunt bespreken met een student. Uitgangspunt is dat het gaat over ervaren discriminatie op de stageplek. Je kunt het model ook hanteren bij andere sociaal onveilige situaties als grensoverschrijdend gedrag of intimidatie.

Lees de folder

In dit stappenplan beschrijven we hoe je als docent of begeleider een ervaring met discriminatie kunt bespreken met een student. Uitgangspunt is dat het gaat over ervaren discriminatie op de stageplek. Je kunt het model ook hanteren bij andere sociaal onveilige situaties als grensoverschrijdend gedrag of intimidatie.

Wij zijn Stichting School & Veiligheid. Wij ondersteunen scholen bij het bevorderen van een sociaal veilig klimaat. Dit doen wij door:

Creëer een sociaal veilige sfeer op school

Blijf op de hoogte

Meld je aan voor onze nieuwsbrief
en ontvang iedere maand actuele informatie
over sociale veiligheid op school.