Adviespunt

Duidelijk én consequent optreden bij ongewenst gedrag zorgt ervoor dat ongewenst gedrag op school minder kans krijgt. Je maakt als schoolleiding duidelijk welk gedrag je wel en niet accepteert op school. Maar wat is eigenlijk een proportionele straf? Wanneer voer je een ‘goed gesprek’ en wanneer is een schorsing op zijn plek? Deze sanctieladder is een hulpmiddel voor het ontwikkelen van gericht sanctiebeleid op schoolniveau. Naast deze sanctieladder voor leerlingen is er ook een sanctieladder personeel.

In de sanctieladder staan de verschillende stappen die je trapsgewijs kunt nemen bij het sanctioneren van grensoverschrijdend gedrag. Het is een richtlijn die je voor jouw onderwijsinstelling verder kunt uitwerken.

Sanctieladder leerlingen vo en mbo
Klik op de afbeelding voor een grotere versie

Twee sporenbeleid

De sanctieladder volgt twee sporen bij het sanctioneren van ongewenst gedrag van leerlingen:

  1. Het straffen van degene die grensoverschrijdend gedrag vertoont (overtreder).
  2. Het begeleiden van de overtreder om herhaling te voorkomen en aanleren van alternatief, positief, gedrag.

De sanctieladder volgt een oplopende reeks, afhankelijk van de ernst van de overtreding. Of het een eerste overtreding is of dat de overtreder al vaker in de fout is gegaan, speelt hierbij ook een rol. Stel bij minderjarige leerlingen altijd de ouders/verzorgers op de hoogte van de overtreding en de bijbehorende sanctie.
Bij overtredingen zoals het niet naleven van schoolregels, kan een gesprek met bijvoorbeeld de mentor of teamleider voldoende zijn. Bij ernstigere overtredingen – zoals bijvoorbeeld agressie tegen een leraar – moet de leerling zich melden bij de schoolleiding.

Alternatief

Een schoolsetting leent zich naast traditionele sancties (nablijven, schorsing) ook voor een alternatieve, pedagogische aanpak. Dat kan bijvoorbeeld de vorm hebben van een pedagogisch gesprek wanneer een leerling grensoverschrijdend gedrag heeft vertoond. Ook het schrijven van een excuusbrief of het maken van een werkstuk gerelateerd aan de overtreding zijn voorbeelden van een alternatieve sancties.

Strafbare feiten

Binnen het sanctiebeleid is er naast de tweedeling ‘minder ernstig’ en ‘ernstig’ ook onderscheid te maken gemaakt tussen ‘strafbare feiten’ en ‘niet strafbare feiten’. Medewerkers zijn verplicht melding te maken bij de schoolleiding in geval van (een vermoeden van) een strafbaar feit. Denk hierbij aan bedreiging, mishandeling, vernieling, diefstal, aanranding, smaad, stalking, enzovoort. Het slachtoffer of de schoolleiding kan aangifte doen bij de politie. Lees meer hierover in het artikel Aangifte doen in het onderwijs.

Onafhankelijk van het verdere verloopt van het justitiële traject is het de taak van de schoolleider om voor veiligheid te zorgen. Deze legt volgens de sanctieladder een passende straf op en treft noodzakelijke maatregelen om de veiligheid te vergroten en eventueel herhaling te voorkomen. Bij schade, vernieling of diefstal is de overtreder verplichting de kosten voor reparatie of nieuwe aanschaf te vergoeden.

Wij zijn Stichting School & Veiligheid. Wij ondersteunen scholen bij het bevorderen van een sociaal veilig klimaat. Dit doen wij door:

Creëer een sociaal veilige sfeer op school